Volgend seizoen is ook Lars Veltman weer een van de Tigers. Wij spraken met hem over het afgelopen seizoen, het komende seizoen en zijn relatie met de fans.
Gefeliciteerd met het kampioenschap! Wat betekent deze titel voor jou?
Het was een lang seizoen waarin iedereen die bij het team betrokken is ervoor moest knokken. Tijdens de play-offs heb ik niet veel bijgedragen, maar ook in de competitie was het hard werken voor elke pot. Dat we nu kampioen zijn, is erg lonend. Spelers die al langer meedraaien hebben daar jaren voor moeten vechten. Daar onderdeel van zijn en die mentaliteit omarmen vind ik een heel mooie ervaring.
Wat ging er op de laatste momenten van de beslissende wedstrijd door je hoofd?
We waren in Nijmegen, waar toch wel sprake was van een grimmige sfeer. Tijdens de warming up staken veel mensen hun middelvinger op. Dat heb ik nooit eerder gezien. Per goal, per periode, per minuut werd duidelijker dat de overwinning eraan kwam. Het valt niet te omschrijven hoe ontzettend spannend dat was. Zoveel mensen kijken naar je, zeker in een stadion als dat van Nijmegen. Overal komt geluid vandaan. In de laatste minuten dacht ik ‘we zijn er bijna’ en daarna ging het leven. Langzaam kwam er een gevoel van opluchting en ‘jeetje we hebben het dan toch geflikt.’
Wat was buiten het kampioenschap het meest memorabele moment van dit seizoen?
Een van de eerste thuiswedstrijden was tegen Breda. Ik mocht in de tweede periode inkomen, maakte een goede safe en hoorde nooit eerder zoveel mensen juichen voor mij. Dat vond ik heel bijzonder. Het mooie aan goalie zijn, is dat je een bepaalde verantwoordelijkheid hebt. Als je de puck er goed uithoudt, staan er gelijk veel mensen achter je.
Wat inspireerde je om goalie te worden?
Eigenlijk was ik dat altijd al, ik begon als voetbalkeeper. Na twee weken als speler ijshockeyen, wilde ik liever keepen. Ik heb het altijd leuk gevonden om ballen of pucks te stoppen en vind de druk die daarmee samenhangt prettig. IJshockey is dan wel een teamsport, keepen is eigenlijk heel individueel. Niemand kan wat jij kunt, je bent de laatste line of defence.
Wat waren de belangrijkste factoren voor jullie succes?
Ik denk de hechtheid van ons team. Akkefietjes zijn snel opgelost. Dat heb ik niet eerder zo ervaren in een team. We gaan goed met elkaar om. Als je de kleedkamer binnenkomt, lijkt het of je bij familie bent. Het is deze sfeer die zich ook vertaalt naar het ijs. We spelen als team en niet als individuen die toevallig samen op het ijs staan. We gaan voor de winst en steunen elkaar.
Welke les uit dit seizoen neem je mee naar de voorbereiding van komend seizoen?
Dat alles tijd nodig heeft. Soms denk ik na een wedstrijd dat het qua teamniveau of op persoonlijk vlak echt shit was. Vorig jaar was ik daar teveel mee bezig. Ik moet er vaker in geloven dat het wel komt en de volgende training beter gaat. Het is goed niet de hele tijd aan te staan. Ik moet vaker rust nemen.
Aan welke aspecten van je spel wil je werken?
Ik zou meer kalmte willen bewaren. Het is mijn streven relaxter te spelen. Dat kan mij en het team veel goeds brengen.
Hoe bereid je je mentaal en fysiek voor op een belangrijke wedstrijd?
Als goalie heb je veel rituelen, Jaimy zal dit ongetwijfeld bevestigen. Er zijn een aantal vaste dingen, zoals een middagdutje en een gymsessie in de ochtend. Als ik dat niet doe, heeft dat invloed op mijn spel. De structuur in mijn dag heeft invloed op mijn structuur op het ijs. Op game days ben ik drie uur van te voren op de baan om alles te visualiseren. Dat is belangrijk voor mij omdat het een soort rust met zich meebrengt. Zo weet ik wat ik kan verwachten. Hoe alles eruit ziet, verschilt door tegen wie we spelen. Daar kan ik vanaf de eerste training al mee bezig zijn. Wat zijn hun tactieken en hoe pas ik mijn eigen spel aan om beter voorbereid te zijn op hun spel?
Krijg je iets mee van de fans als je op het ijs staat?
Jazeker, misschien vind ik dat nog wel het leukst. Ik ervaar dat pas sinds 2 jaar en ben daar nog niet helemaal aan gewend. Bij de jeugd heb je voornamelijk ouders die wat geluid maken. In Canada zag ik voor het eerst hoe ijshockey kan leven. Meer dan 1000 man keek naar de wedstrijd. Ontzettend gaaf, maar het was ook veel druk. De eerste paar keer stond ik te trillen in een volle hal en dacht, ‘ow shit, ik moet wel echt presteren’. Ik vind het leuk dat het Amsterdamse publiek flink geluid maakt. Op het ijs hoor je alles. Dat is een mooi steuntje in de rug, er staan mensen achter je.
Veel teams zijn al bezig met de voorbereidingen voor volgend seizoen. Hoe moeten de Tigers zich versterken om opnieuw de titel binnen te halen?
Dat vind ik moeilijk te zeggen. Er zijn teams in de Eredivisie waar flink wat geld achter zit en die kopen dan alle goede jongens uit het buitenland weg. We hadden en hebben een goed team. Als wij kans willen maken, moeten we verder bouwen met de stenen die we nu hebben en meer op de lange termijn denken.
In de bekercompetitie spelen jullie eerst tegen Nijmegen. Wat is je gevoel daarbij?
Ik vind het leuk. De bekercompetitie is een soort voorproefje van de play-offs. Vorig jaar lieten we weinig zien. Met de nieuwe opzet heb je als eredivisie team zeker kansen en de wedstrijd tegen Nijmegen is een mooie pot om in het ritme te komen. De eredivisie is bezig met een opmars, wedstrijden tegen Nijmegen en Eindhoven zijn mooie affiches.
Wil je nog iets zeggen tegen de fans?
Blijf komen! Maakt niet uit hoeveel mensen er zitten, ik vind het gewoon leuk dat ze kijken. IJshockey is een toffe sport en ik gun het iedereen om dat te ervaren. Veel mensen om mij heen die naar de wedstrijden komen, vinden het geweldig en ik vind het geweldig als de hal vol zit.
Wil jij Lars komend seizoen in actie zien? Koop dan snel een seizoenkaart!
Deze zijn te koop tot en met 30 september!